26 maart 2011

iPad 2

iPad 2 gezien door het oog van een niet zo alledaagse gebruiker. Je zou toch zin krijgen er eentje te kopen…

19 maart 2011

Hans Memling (ca. 1440-1494): Leven en Werk Deel 8: Naschrift

[afb31]Memling is samen met Dieric Douts en Hugo van der Goes de belangrijkste voortzetter van de nieuwe schilderkunstige richting die in de 15de eeuw in de Zuidelijke Nederlanden tot bloei kwam en waarvan Jan van Eyck, de Meester van Flémalle en Rogier van der Weyden de gangmakers waren. Het optisch realisme werd de nieuwe vorm waarin devotionele of mystieke inhouden gestalte kregen. Memling vertegenwoordigt er de meest klassieke en minst middeleeuwse fase van. Nochtans was het precies Memling die door de romantici, tijdens de gotische heropleving in het begin van de 19de eeuw, als symbool van de mystieke christelijke middeleeuwse kunst werd gekozen. De sentimentele benadering van Memling in de 19de eeuw heeft tijdens het modernisme in de eerste decennia van de 20ste eeuw, toen de esthetiek in het teken van abstractie en expressie stond, een gedeeltelijke verguizing van zijn werk in de kunstkritiek veroorzaakt. Vandaag beseft men meer en meer dat Memling een heel eigen voorstellingswereld heeft gecreëerd, die een laatste maal gestalte gaf aan de ideale religieuze verzuchtingen van een welvarende en rationeel denkende burgerij van de vooravond van het humanisme. Deze voorstellingswereld is gekenmerkt door een fysische versmelting van de heilige wereld met de menselijke (te vergelijken met de mythologische wereld in de oudheid); een niet geëvenaarde, allesomvattende epische structuur in de vertolking van de evangelische feiten, hun symboliek en eschatologische aspecten [afb.31]; een nieuwe, glasheldere en open organisatie van de ruimte; een perfectionistische kristallisatie van het portret in een streven naar platonische schoonheid.
Voor de Brugse ateliers is Memling de figuur geweest die de beeldformules en de rijzige, gestileerde vormgeving van Rogier van der Weyden heeft geïntroduceerd, en zo een stijl heeft gecreëerd die typisch Brugs is geworden. Het is inderdaad wellicht door Memlings komst dat een aantal Brugse kleinmeesters, die allen anoniem gebleven zijn, een onderling verwante stijl zijn gaan ontwikkelen die zich tot in het begin van de 16de eeuw handhaafde. De belangrijkste zijn de Meester van 1473, de Meester van de Ursula legende, de Meester van de Lucia legende en de Meester van de Baroncelli-portretten. Gerard David, die nog gedurende tien jaar Memling in Brugge heeft gekend, heeft onder diens invloed zijn oorspronkelijk sterk Hollandse stijl aangepast.
Joos van Cleve, Quinten Metsys en Pierer Pourbus hebben door hun natuurlijke affiniteit met de oude meester hem niet zelden op vermomde wijze geciteerd.

10 maart 2011

Whisky fever… Het mouten

maltDe eerste stap in het productieproces van whisky is het mouten van de gerst. Dit proces moet correct worden uitgevoerd want je kunt tekortkomingen later niet meer herstellen. Daarnaast is dit proces duur. Met het mouten van de gerst is tweederde van de productiekosten gemoeid. Dus veel ruimte voor vergissing is er niet.
Wat is mouten? Het moutproces is het laten kiemen van de gerst zodat het zetmeel wordt bevrijd. Het zetmeel zit aanvankelijk in de kern van de gerstkorrel en is omgeven met een celwand van proteïne. Die celwand moet worden afgebroken. Dit gebeurt in drie stappen. Weken, kiemen en drogen.
De eerste stap in het moutproces bestaat uit het weken van gerst met water in grote bakken (steeps) zodat het kiemen kan starten. steep
Wanneer na het weken de gerst de steeps verlaat, start eigenlijk het kiemen. Op het hoogtepunt van het kiemen, wanneer dus de celwand is afgebroken wordt het kiemen stilgelegd. Het heeft geen zin om het kiemen nog verder te laten gaan want dan gaan de jonge scheuten het zetmeel ‘opeten’. En laat het nu net het zetmeel zijn die nodig is om alcohol te maken.
malt floorHet stilleggen van het kiemen gebeurt door het drogen (kilnen) van de gerst op de moutvloer. De gerst moet voortdurend worden gekeerd om de aangemaakte hitte gelijk te verdelen. Traditioneel gebeurt dit keren door moutmannen, die met een soort schop (malt shiel) de gerst omscheppen.
Turf wordt gebruikt om de warmte nodig voor het drogen van de gerst te produceren. De turfbranden veroorzaken rook die door de gerst wordt opgenomen en hebben dus een invloed op de uiteindelijke geur en smaak van het eindproduct.
Uiteindelijk wordt de mout gemalen om het graan te openen en dus het onttrekken van suikers mogelijk te maken. Dit product noemt men grist. Dit is de start van de volgende fase in de productie van whisky: Het mashen.

05 maart 2011

Whisky fever… Peat (turf)

Ik heb een nieuwe hobby. Whisky. Het is nog wel een hobby in embryonale fase. Veel weet ik er nog niet over. Toch al een eerste gedachtespinsel.
TurfWhisky gaat eigenlijk over geuren en smaken. Geuren en smaken die worden beïnvloed door onder ander klimaat, geologie, bodem, water, heide, zeewier en turf. Maar vooral het productieproces zelf maakt eigenlijk de whisky. Later meer daarover.
Laat ik er eentje uitpikken: turf.
Wat is turf? Turf is een opeengehoopte en deels verkoolde massa vegetatie, die je doorgaans vindt in vochtige gronden. Als je turf lang genoeg bloot stelt aan druk en hitte verandert het uiteindelijk in steenkool. Turfvelden vind je vooral in het noordelijk halfrond in gematigd en kouder klimaat. In Schotland is er meer dan 1 miljoen hectare.
kilnTurf wordt gebruikt als brandstof in een kiln om de gemoute gerst te drogen. De lengte en de intensiteit van het droogproces beïnvloeden de smaak. Veel van de essentiële delen die smaak aan whisky geven zoals o.a. phenolen zijn geen onderdeel van turf, maar komen vrij bij de verbranding ervan.
Ardbeg en Lagavulin staan bekend als hele sterke turfachtige malts. Ik heb mij een Lagavulin van 16 jaar gekocht (43%). Dit is een whisky met een heel lage aankoop drempel. Ieder supermarkt heeft die in de rekken staan. Je moet dus echt niet veel moeite doen om deze – ook bij kenners heel hoog aangeschreven - single malt op de kop te tikken.
LagavulinLagavulin
Hier mijn eerste proef notities:
Kleur: de whisky heeft een bronsachtige kleur. Persoonlijk vind ik dit een perfect kleur voor een whisky. In onderstaande balk kom je een stuk rechts van het midden uit.
kleurbalk
Geur: Vind ik heel moeilijk. Weinig referentie punten. Ik ruik sigaren, geur van vuurwerk? In elk geval iets rokerigs.
Smaak: Zee, ziltige smaak. Zou zeewier zo smaken? Smaakt helemaal niet zoet, zoals ik hier en daar al heb gelezen.
Afdronk: Je blijft lang met de smaak zitten. Heerlijk.

04 maart 2011

Hans Memling (ca. 1440-1494): Leven en Werk Deel 7: Stijl en techniek

[afb. 27]Memlings stijl is statisch en ruimtelijk, zijn esthetiek is idealiserend en rationeel, zijn boodschap narratief. De wereld ontplooit zich als immobiele verschijning aan het visionaire oog van de schilder. Het analytische realisme eigen aan de schilderkunst van de Nederlanden is bij hem zeker aanwezig en zelfs rimpelloos volmaakt, maar geeft de indruk niet op de echte werkelijkheid toegepast te zijn, maar op een kunstmatige wereld van geboetseerde en gekleurde vormen onder een onveranderlijke belichting en in een definitieve rangschikking.
Zijn schilderijen zijn open constructies, die in de breedte en naar de diepte toe een overzichtelijk gearticuleerde ruimte scheppen, waarin de personages als sculpturen of figuurtjes zijn neergezet. De rol die het landschap en de architecturale elementen als theatrale attributen hierbij spelen, is opvallend. De compositie berust op weloverwogen symmetrie en is bij voorkeur uit verticalen opgebouwd.
Het leven van Christus en van Maria heeft het grootste aandeel in de thematiek die zich daarnaast hoofdzakelijk beperkt tot Tronende Madonna's met Kind, dikwijls omringd door heiligen of engelen. Naast deze mariale thematiek heeft hij zoals geen van zijn voorgangers of tijdgenoten het evangelie in zijn volledige afwikkeling in epische fresco's uitgebeeld, waarin het narratieve door zijn bedachte constructie zelf icoon wordt. De verschillende elementen van de voorstelling of hoofdstukken van de handeling zijn opgenomen in een doorlopend decor, meestal een landschap, dat de gehele compositie in alle richtingen bindt. Het verhaal valt uiteen in episodes, die zich, zoals in het theater, afspelen op verschillende plateaus of in afzonderlijke gebouwtjes en interieurs. Deze "tableaux vivants" zijn volgens hun onderling chronologische en symbolisch verband ruimtelijk en compositorisch geordend in een soort visueel totaalspektakel. Het coloriet is helder, bijna mediterraan, en bevordert het ruimtelijk effect. De objecten lijken veeleer gekleurd te zijn dan van nature een eigen kleur te bezitten, zodat een soort van artificieel en gelijkmatig verdeeld kleuren evenwicht tot stand komt dat het gehele schilderijvlak inneemt en doet schitteren. Kleur vervangt bij Memling de archaïsche functie van goud of zilver.
[afb. 28]De menselijke figuur, die zijn werk domineert, is uniform. Het zijn rijzige gestalten met een afwezige, emotieloze uitdrukking. Zij zijn in de ruimte geplaatst, als levende zuilen die het schilderij schragen. Hun gezicht is ovaalvormig met smalle, lange neus en hoog voorhoofd. In het portret krijgen zij een identiteit die enkel berust op de nauwkeurige registratie van hun onderling verschillende fysionomie en niet op hun karakter of uitdrukking. Ze lijken ook geen reële leeftijd te hebben. Memling heeft een idealiserende fusie tot stand gebracht tussen het geobserveerde portret van Jan van Eyck en het gestileerde portret van Rogier Van der Weyden door het gezicht sculpturaal te benaderen. Het hoofd wordt in zijn bijzonderheden driedimensionaal afgetast en gepolijst. Het portretbeeld berust niet op compositie maar op "uitsnit", zoals bij een close-up in de fotografie. Dat is een volstrekt origineel kenmerk van Memlings portretkunst.
Een bijkomend maar bijzonder typisch aspect van Memlings stijl is de ruime plaats die sierelementen als heraldische schilden (driedimensionaal met helm en helmteken), wimpels en vlaggen en spreukbanden met betrekking tot de naam van de schenker of van de geportretteerde in zijn werk innemen [afb. 27]. Al deze elementen zijn op vindingrijke wijze in de voorstelling geïntegreerd of op de achterzijde van het portret of het luik aangebracht en realistisch uitgewerkt met de kennis en bedrevenheid van een gespecialiseerde sierkunstenaar. Ook de jaartallen zijn dikwijls op eyckiaanse wijze in het tafereel verwerkt, in reliëf of in steen gebeiteld.
Memlings werk kan over een lange tijdsperiode gevolgd worden. Uit het overzicht blijkt dat er nauwelijks van een stijlevolutie sprake kan zijn. Tussen de vroegst gedateerde retabels (Laatste Oordeel, 1467, Panorama met de Passie, ca. 1470 en het laatste (Greverade-retabel, 1491) is er in zijn geheel genomen geen wezenlijke stijlverschuiving, tenzij dat er aanvankelijk een uitgesproken invloed van Van der Weyden kan worden vastgesteld, te herkennen in de types, de scherpe, karaktervolle tekening van fysionomie en handen en in een zekere hoekigheid en ascese in de figuratie. Deze meer archaïsche stijl is nog in enkele andere werken terug te vinden, onder meer in de Tronende Madonna van Kansas City, het Portret van een lid van de familie Rojas (privé­verzameling) en in de Triptiek van Jan Crabbe . Een ander aspect van de vroege stijl zijn de meer gespannen, gladde volumes en het gewelfde modelé (Madonna met het Kind op een kussen [afb. 28]; Portinari-portretten) die later een soepeler natuurlijkheid verkrijgen. Ook de lineaire aanlegtekening met het penseel staat in de vroegste werken zeer dicht bij Van der Weyden. Of Memling een aandeel had in de Sforza-triptiek (Brussel, Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België) is onvoldoende aangetoond.
[afb. 29]Wel is nu definitief uitgemaakt dat hij niet de auteur kan zijn geweest van de Taferelen uit de kindertijd van Jezus (vijf panelen verdeeld over Glasgow, Art Gallery and Museum; Madrid, Museo del Prado; Washington, National Gallery of Art; Birmingham, Museum & Art Gallery), die nog in het atelier van Rogier van der Weyden en dus vóór 1464 zijn ontstaan. De Madonna met Kind (Brussel, Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België), een kopie naar een verloren werk van Rogier van der Weyden [afb. 9 - zie deel 2: De vroegste werken tot 1472], is vermoedelijk wel een jeugdwerk van Memling.
Het feit dat Memling de vormentaal van Van der Weyden in de richting van het bevallige en paradijselijke heeft vertaald, werd soms - wellicht niet ten onrechte - toegeschreven aan zijn Duitse origine en aan zijn eerste vorming in de Rijnstreek. De lieflijke figuratie van Stefan Lochner en ook soms diens composities roepen een zekere verwantschap op. Lochners Laatste Oordeel (Keulen, Wallraf-Richartz-Museum) blijkt wel degelijk een rechtstreekse inspiratiebron voor Memling te zijn geweest, en dit naast en in weerwil van Van der Weydens Laatste Oordeel uit Baune. Ook later is er nog frequent Duitse invloed aan te wijzen. De theatrale uitwerking met vele figuren van de Calvarie in de Greverade-triptiek was op dat moment onbekend in de Nederlanden, maar kwam al lange tijd voor in Westfalen. Ook het dubbelportret op één paneel lijkt een Duitse oorsprong te hebben. Het opvallend klassieke karakter van Memlings kunst doet een kennis van Italiaanse voorbeelden vermoeden. In zijn latere werk komt deze belangstelling bijzon­der duidelijk tot uiting in het gebruik van renaissance ornamenten zoals vruchtenslingers.
Memling is ook de eerste kunstenaar in de Nederlanden die enkele allegorieën met betrekking tot liefde en deugd tot stand bracht, wat toen in Venetië en Florence een courant genre was (Triptiekje van de Aardse Ijdelheid en de Hemelse Verlossing ; Allegorie met een Maagd; Diptiek van de allegorie van de waarachtige liefde ). Het al genoemde systematische gebruik van Romeinse kapitalen en humanistisch cijferschrift in de opschriften vindt in Memling zijn vroegste manifestatie in het noorden.
Memling is de eerste kunstenaar benoorden de Alpen die het portret tegen een landschapsachtergrond zet. Dat portrettype treffen we al zeer vroeg aan (ca. 1467-1470), in de mansportretten van Frankfurt of van The Frick Collection. Het is gezien het geringe tijdsverschil van de dateerbare werken vooralsnog onmogelijk om te weten of Memling hierin het Italiaanse genre voor was. Veeleer moet men hier denken aan een osmose van het in de Nederlanden ontwikkelde landschap als achtergrond van heilige figuren (Rogier van der Weyden, Braque-triptiek [afb. 30]). In ieder geval werden Memlings portretten en ook zijn Madonna's later vaak - en niet het minst voor het landschap - geïmiteerd. Leonardo da Vinci, Perugino of Fra Bartolomeo bijvoorbeeld zijn niet denkbaar zonder Memling.
[afb. 30]
De schilderkunstige techniek van Memling verschilt niet wezenlijk van de traditie van de pa­neelschilderkunst in de Zuidelijke Nederlanden in de 15de eeuw. De gelaagde en vloeiende Van Eyck-techniek is bij hem echter vereenvoudigd. Er zijn beduidend minder verflagen aanwezig. De detaillering en het modelé zijn dikwijls in één handeling aangebracht in kleine toetsen. Licht en donker zijn niet meer altijd optisch versmolten in de verflaag, maar meer grafisch in fijne penseelstreken aan het oppervlak aangebracht met gebruik van loodwit en neutrale donkere tonen. De bij­zonder dunne schildering, vooral van het inkarnaat, heeft na verloop van tijd dikwijls het doorschemeren van de voorbereidende tekening veroorzaakt. Deze tekening is in ver­gelijking met die van andere schilders uit deze tijd bijzonder verward en schetsmatig, met veelvul­dige hernemingen en wijzigingen. Dit moet niet als een gevolg van het onstuimige temperament van Memling als tekenaar geïnterpreteerd worden, maar is het resultaat van zijn voorliefde om de compositie grotendeels rechtstreeks op het paneel zelf en niet vooraf op papier te ontwerpen.
Het hele scheppingsproces blijft dus zichtbaar op de infraroodopnamen. Na de aller vroegste wer­ken waarin nog een strakke "gotische" grafiek wordt beoefend, schakelde Memling al vanaf ca. 1467 (delen van het Laatste Oordeel) over op de hem zo eigen moderne schets met zwart krijt of houtskool.
In één geval, het Portret van Maarten van Nieuwenhove, is een nauwkeurige perspectief­constructie aanwezig, wat op het niveau van de voorbereidende tekening het vroegste voorbeeld hiervan in de Nederlanden is.

03 maart 2011

iPad 2

There’s really no reason to buy an iPad 2. Here is why. No real surprises, no hot stuff. The most surprising of it all was that Jobs himself made the presentation.

02 maart 2011

The King's Speech

Since ‘The King’s Speech’ is a low budget British movie. American film makers found it unfit for the US market. They are planning an adaptation. Here below is the trailer for this new movie. Enjoy. It’s hilarious.

Mogelijk gerelateerde posts