16 februari 2011

Hans Memling (ca. 1440-1494): Leven en Werk Deel 6: De personen en het werk

[afb. 26]Men heeft, zonder enig bewijs, Memlings zelfportret willen herkennen in sommige opvallende achtergrondfiguren, vooral op het middenpaneel van het Johannesretabel en van de Donne-triptiek [afb. 26], en ook nog op de Passie-triptiek te Lübeck (in het gezelschap van de Duitse schilders Wolgemut en de jonge Dürer). De Italiaanse geschiedschrijver Marcanronio Michiel zag in 1521 in Venetië in het huis van kardinaal Grinuni een zelfportret, dat hij als "tamelijk dik" en van het "rossige type" beschreef.

Er is uitzonderlijk veel bewaard van Memlings oeuvre. Het omvat meer dan dertig portretten (soms als tweeluik met een Madonna met Kind), een twintigtal altaarstukken of kerkelijke schilde­rijen met schenkersfiguren, dikwijls meerdelig en van grote afmetingen, een vijftiental losse Madonna voorstellingen, waarvan de luiken met de schenkersfiguren of de portretten verloren zijn, en ten slotte nog een twintigtal schilderijen met diverse thema's uit het evangelie, met betrekking tot heilige figuren of met moralliserende allegorieën.

Memling leefde in de woelige periode die het einde van de Bourgondische tijd kenmerkte, hoewel hiervan in zijn werk weinig te merken valt. Zijn opdrachtgevers waren vrijwel allen rijke burgers (bankiers, handelaars, politici) of geestelijken en enkele malen ook edelen. Dikwijls waren het vreemdelingen, vooral Italianen, die ofwel om politieke ofwel om financiële redenen betrek­kingen onderhielden met het toen welvarende Brugge. Zij lieten zich door Memling portretteren, al dan niet op een devotie- of altaarstuk voor hun kapel in Brugge of hun thuisland. Officiële op­drachten (voor stad of hof) blijken niet tot zijn werkterrein te hebben behoord. Een uitzondering is het verloren Portret van Antoon van Bourgondië , bastaardzoon van Filips de Goede.

0 reacties:

Mogelijk gerelateerde posts